Heus niet alle musea in Berlijn gaan over zware onderwerpen. Natuurlijk zijn veel musea gevuld met achtergrondinformatie over de wereldoorlogen, de holocaust en de de Koude Oorlog, maar er is ook ruimte voor luchtige onderwerpen. Zo zijn er musea over lipstick, letters en over curryworst. Het toppunt van dat alles is misschien wel het Museum der Dinge. Jawel, een museum voor de meest simpele alledaagse objecten. Kantoordingen, dingen uit de DDR, dingen om mee te koken. Niets is te gek, of eigenlijk moet ik zeggen: niets is te normaal voor het Museum der Dinge. Als het maar in de vitrine past!
Een – euh – dingenmuseum?
Misschien kun je je niet echt iets voorstellen bij een ‘dingenmuseum’. Daar kan ik inkomen, want ik had voor mijn eerste bezoek aan het Museum der Dinge ook géén flauw benul wat ik er kon verwachten. Het zijn eigenlijk allemaal hele alledaagse voorwerpen van vroeger die in het museum worden tentoongesteld. En juist de normaliteit van de dingen maakt de tentoonstelling zo bijzonder. In welk museum krijgt een eierdopje nou een ereplek? Maar de charme zit hem hierin: als een eierdopje in een vitrine pronkt, ga je er ineens heel anders naar kijken dan wanneer het in je eigen keukenkastje staat. Je ziet ineens de schoonheid van dingen die je normaal vaak als puur gebruiksvoorwerp ziet. Het museum laat je dus echt even stilstaan bij de vormgeving van de normaalste dingen. En dat maakt het zo leuk!
Werkbundarchiv voor Duits design
Geopend is het Museum der Dinge in 1970 door het ‘Werkbundarchiv’. Deze instelling van lobbyende ambachtslieden, ontwerpers, kunstenaars en zakenlieden zet zich sinds 1907 in voor de waardering van Duits design in het binnen- en buitenland. Ze hebben altijd al gestaan voor kwalitatieve materialen, functionaliteit en duurzaamheid. Door functionele producten op een mooie manier vorm te geven wilden ze een tegenbeweging zijn voor de opkomende emotieloze massaproductie.
Gebruiksvoorwerpen door de jaren heen
De collectie van het Werkbundarchiv bevindt zich – heel toepasselijk – in een oude werkplaats achter een heel typisch Berlijns binnenhofje. Inmiddels omvat het al meer dan 20.000 voorwerpen! In de collecte zitten vooral alledaagse gebruiksvoorwerpen en consumentenproducten die in de 20e eeuw in Duitsland zijn geproduceerd. Met die informatie in je achterhoofd, kijk je ineens heel anders naar de tentoonstelling. Het voelt als een kleine tijdreis door de evolutie van de industriële samenleving!
Maar wat kun je nou concreet tegenkomen?
Dit museum is meer dan your average rommelkelder. Er is structuur in de enorme verzameling aangebracht door de producten te sorteren naar producttype (bijvoorbeeld ventilatoren), kleur (bijvoorbeeld alles dat geel is) of naar thema (bijvoorbeeld alles rondom muziek). Zonder dat er veel achtergrondinformatie bij de producten staat vermeld, geeft het wel een interessante blik in de geschiedenis. Echt een beetje alsof je bij je grootouders op zolder mag rondkijken!
Een greep uit de collecties producten die je tegenkomt:
- Een vitrine vol huishoudproducten uit West-Duitsland naast een vitrine huishoudproducten uit Oost-Duitsland. Een interessante vergelijking om naast elkaar te zien!
- Keukengerei uit de jaren ’50. Maakt ons de huidige apparatuur nog even éxtra waarderen…
- Een collectie mobiele telefoons met exemplaren uit de afgelopen 30 jaar. Man, lachen geblazen bij die gigantische portofoons!
- Niveablikjes van toen en nu. Leuk om te zien hoe subtiele veranderingen toch een groot verschil kunnen maken.
Producten die we normaal alleen maar gebruiken, staan nu achter slot en grendel om te bestuderen. Verpakkingen die we anders zouden weggooien, krijgen hier een eervol plekje. Veel van de spullen die je hier ziet, worden tegenwoordig als “oubollig” of “ouderwets” bevonden. Daarom vind ik het een mooi laatste eerbetoon aan producten waar ooit met zoveel liefde aan is gewerkt.
Materiaal voor discussie!
Wat ik persoonlijk zo leuk vind aan het Museum der Dinge? Het zorgt sowieso voor gespreksstof! Zeker als je gaat met iemand van een andere leeftijd of met een andere culturele achtergrond. Sommige vitrines zorgen bij de een namelijk voor een feest van herkenning (de Nokia 3210!), terwijl je bij het zien van de volgende kast geen flauw idee hebt van wat je voor je hebt liggen (knuffelbeertjes van DDR-kinderprogramma’s bijvoorbeeld). Zo raak je al snel in gesprek over dingen waar je anders niet zo snel aan zou denken. Meer aandacht en liefde voor de alledaagse dingen. Ik vind het tof!
Werkbundarchiv – Museum der Dinge
Wat: Het misschien wel gekste museum van Berlijn. De collectie bestaat uit alledaagse consumentenproducten uit de 20e eeuw, gesorteerd naar producttype of kleur.
Adres: Oranienstraße 25
OV: U1 of U8 Kottbusser Tor
Openingstijden: donderdag – maandag, 12:00 – 19:00
Entree: € 6,- of € 4,- met korting (studenten, senioren en gehandicapten)
Combineren met: Voo Store, Kunstraum Bethanien of de Markthalle IX
www.museumderdinge.de
Wat vind jij het gekste museum van Berlijn? En zou je het leuk vinden om eens tussen alledaagse spullen van vroeger te neuzen? Ik ben benieuwd naar je reactie!
Hallo Marjolein, 3 à 4 keer per jaar bezoek ik Berlijn. Zo ook 14 dagen geleden. Op jouw advies naar het Museum der Dinge gegaan aan de Oranienstraße – maar het was woensdag en dus helaas gesloten. Maar alleen de entree al in zo’n typisch Berlijns huis was de moeite van het bezoek (en zoeken) waard. Volgende keer zal ik je informatie zorgvuldiger lezen. Heb dat wel gedaan voor mijn bezoeken aan de Teufelsberg en het Volkspark Humboldthain. Wat heb ik daarvan genoten.
Dank voor alle Berlijnse wetenswaardigheden op deze blog en uit je boek!
Bedankt voor je leuke reactie Henk! Wat leuk om te lezen dat jij ook zo’n passie hebt voor Berlijn en steeds weer blijft terugkomen naar deze toffe stad! Wel jammer dat je precies de woensdag had uitgekozen voor een bezoekje aan het Museum der Dinge. Het is ook eigenlijk wel een gekke dag om gesloten te blijven voor een museum. Hopelijk heb je nog wat andere leuke dingen kunnen zien in de buurt?
Beste Marjolein, In de Orienstraße stopt, als ik het goed heb, de stadsbus M58. Na de dichte deur bij het museum ben ik daarin gestapt. Die bus rijdt richting Grunewald, over de Potsdamer Platz, Kurfürstenstraße, Ku’damm en zo verder. In ruim anderhalf uur trekt een mooi gedeelte van Berlijn aan je voorbij. Een prima manier om ook zó de stad te verkennen. Overigens, wat een leuk artikel stond we over je in de weekendbijlage van de “Gooi-en Eemlander”. Grüß Dich, Henk
Precies! Ik vind het ook altijd leuk om in onbekende steden met de bus te reizen. Je ziet dan zoveel meer dan vanuit de metro! En wat leuk dat je het artikel hebt gelezen. Dank je wel Henk!
Museum für Skurille Objekte,of Panoptikum in de Torstraße, vinden wij ook bizar.
Het door jou genoemde museum hebben we vorige week gemist (of niet goed in jouw boek gekeken?).
Wel bezocht: Deutsch Historisches – aan te bevelen.
En de DDR woning in Hellersdorf en het Tierpark, niet bizar, wel leuk.
Maar, weer iets voor een volgende keer.
Leuk om jullie ervaringen over bijzondere musea in Berlijn te lezen Frank! Je noemt enkele van mijn favorieten. En dan heb je bij deze alvast wat op het lijstje voor het volgende bezoek aan Berlijn ;-).